Uit het leven gegrepen…




9 juni, 2017

Uit het leven gegrepen…

Afgelopen jaar deed zich binnen mijn praktijk een interessante zaak voor (zoals overigens vaker het geval is). Het gaat om een nalatenschap van vader, die zijn zeven kinderen tot erfgenaam heeft benoemd. Wat het uitzonderlijk maakt, is dat hij in zijn testament een last opneemt, omdat – naar zijn mening – in het verleden zich een onrechtvaardige situatie heeft voor gedaan en hij dat via zijn testament wil compenseren.
De last houdt in dat zijn ene zoon (A) aan de andere zoon (B) een bedrag van € 70.000,-- moet betalen. Kennelijk had de notaris niet voorzien dat deze zoon A – die de last voor zijn kiezen kreeg – zou verwerpen, want daarover stond geen eenduidige regeling in het testament opgenomen. Maar het erfdeel van zoon A bedroeg minder dan € 70.000,--, zodat zoon A de nalatenschap van zijn vader heeft verworpen (met een gelijktijdig beroep op zijn legitieme portie). Welke gevolgen brengt dat nu met zich? Vanwege zijn verwerping wast het erfdeel van A naar evenredigheid aan bij de andere erven. Zij kregen daarom gezamenlijk zo’n € 50.000,-- extra. Moeten nu die erven alsnog gezamenlijk € 70.000,-- aan zoon B betalen? Onze stelling was ja: de last is op de andere erven over gegaan, maar zij mogen hierdoor ook niet benadeeld worden, zodat zoon B zijn aanspraak beperkte tot € 50.000,--. Zo hadden de andere erven geen voordeel van de verwerping van zoon A, maar ondervonden zij daarvan ook geen nadeel en werd zoon B – conform de wens van vader – toch grotendeels gecompenseerd. Eén van de andere erven was echter van mening dat de last een persoonlijk karakter had en de last niet over was gegaan op de andere erven. Zij vond dat de andere erven het erfdeel van zoon A van zo’n € 50.000,-- mochten behouden, maar niets meer aan zoon B hoefden te betalen. De rechtbank heeft op 17 mei 2017 uitspraak gedaan en was het met ons eens. De rechtbank heeft bepaald dat het erfdeel van zoon A tezamen met de last aanwast bij de andere erven, maar deze last is beperkt tot het erfdeel van zoon A. Dit vonden mijn cliënten van de uitspraak van de rechtbank: “Wij zijn blij dat vader recht is gedaan. Hij wilde immers vanuit zijn rechtvaardigheidsgevoel een onrechtvaardige situatie c.q. handelwijze compenseren. Onze zaak kende geen juridisch precedent. In deze context hebben wij de ons verleende rechtsbijstand als bijzonder alert en adequaat ervaren.” Heeft u ook vragen over de afwikkeling van een nalatenschap? Neem dan vrijblijvend contact met mij op.

Heeft u nog vragen over dit onderwerp neemt u dan gerust contact op met de leden van de sectie Erfrecht. Zij helpen u graag verder.

U mag dit bericht delen:

Tags